Ga naar website navigation Ga naar artikel navigatie Ga naar inhoud

Uitkeringsvolumes, ontwikkelingen per wet

Uitkeringsvolumes op totaalniveau, niet-afgeronde cijfers

In 2020 kenden we 1.029.953 nieuwe uitkeringen toe, 22% meer dan in 2019.

Tabel Nieuwe uitkeringen

 

2020

2019

% +/-

WW

 

479.069

 

329.968

45%

Arbeidsongeschiktheidswetten

 

56.692

 

52.231

9%

WIA

 

49.742

 

45.810

9%

WGA

38.174

 

34.077

 

12%

IVA

11.568

 

11.733

 

-1%

WAO

 

548

 

578

-5%

WAZ

 

39

 

49

-20%

Wajong

 

6.363

 

5.794

10%

oWajong

926

 

991

 

-7%

Wajong 2010

1.318

 

1.276

 

3%

Wajong 2015

4.119

 

3.527

 

17%

Ziektewet

 

321.817

 

297.972

8%

Wazo (incl. ZEZ)

 

172.375

 

161.550

7%

      

Totaal

 

1.029.953

 

841.721

22%

We beëindigden 1.006.760 uitkeringen, 13% meer dan in 2019.

Tabel Beëindigde uitkeringen

 

2020

2019

% +/-

WW

 

416.862

 

369.264

13%

Arbeidsongeschiktheidswetten

 

57.910

 

45.451

27%

WIA

 

26.610

 

19.938

33%

WGA

13.710

 

10.998

 

25%

IVA

12.900

 

8.940

 

44%

WAO

 

22.461

 

17.597

28%

WAZ

 

1.337

 

1.119

19%

Wajong

 

7.502

 

6.797

10%

oWajong

5.211

 

4.312

 

21%

Wajong 2010

2.086

 

2.249

 

-7%

Wajong 2015

205

 

236

 

-13%

Ziektewet

 

364.986

 

335.069

9%

Wazo (incl. ZEZ)

 

167.002

 

142.232

17%

      

Totaal

 

1.006.760

 

892.016

13%

Eind 2020 ontvingen 1.256.149 mensen gedurende kortere of langere tijd een uitkering van ons. We keerden in 2020 een bedrag van in totaal € 21,3 miljard uit.

Tabel Lopende uitkeringen

 

2020

2019

% +/-

WW

 

285.660

 

223.453

28%

Arbeidsongeschiktheidswetten

 

815.610

 

818.378

0%

WIA

 

349.468

 

327.952

7%

WGA

212.531

 

200.469

 

6%

IVA

136.937

 

127.483

 

7%

WAO

 

214.584

 

236.515

-9%

WAZ

 

8.424

 

9.728

-13%

Wajong

 

243.134

 

244.183

0%

oWajong

163.875

 

168.233

 

-3%

Wajong 2010

62.919

 

63.524

 

-1%

Wajong 2015

16.340

 

12.426

 

31%

Ziektewet (gemiddeld)

 

106.814

 

98.368

9%

Wazo (incl. ZEZ)

 

48.065

 

43.597

10%

      

Totaal

 

1.256.149

 

1.183.796

6%

Ontwikkeling WW

De instroom in de WW nam de afgelopen jaren flink af, mede dankzij de gunstige situatie op de arbeidsmarkt. Aan die daling is inmiddels mede onder invloed van de coronacrisis een einde gekomen. We namen veel meer beslissingen over het recht op een WW‑uitkering dan in 2019: 633.600 tegenover 407.100. We kenden 479.100 nieuwe WW‑uitkeringen toe, 45% meer dan in 2019 (330.000). Veel van de nieuwe uitkeringen die in 2020 werden verstrekt, hadden een beperkte duur. Dat komt doordat het in het begin van de coronacrisis met name ging om mensen met kortlopende WW‑rechten die daardoor ook weer snel uitstroomden. Inmiddels neemt de gemiddelde duur van een WW‑uitkering toe. Het aantal beëindigde uitkeringen was met 416.900 13% hoger dan in 2019 (369.300). Het aantal lopende WW‑uitkeringen is ook aanzienlijk gestegen, omdat er veel meer uitkeringen worden toegekend dan dat er uitkeringen worden beëindigd. Eind 2020 waren er 285.700 lopende WW‑uitkeringen, 28% meer dan eind 2019. We verwachten dat het aantal WW‑aanvragen en het aantal lopende WW‑uitkeringen in 2021 fors zal toenemen.

Tabel Volumeontwikkeling WW

 

Instroom

Uitstroom

Lopend

2003

418.700

343.000

280.300

2004

426.200

383.600

321.700

2005

376.400

392.100

306.700

2006

311.100

369.800

249.200

2007

253.000

311.200

192.000

2008

242.100

262.800

170.800

2009

427.600

328.600

269.900

2010

414.600

420.800

263.700

2011

414.000

407.900

269.900

2012

502.500

432.200

340.200

2013

613.200

515.700

437.700

2014

605.200

602.000

440.800

2015

583.700

578.700

445.900

2016

491.000

524.900

412.000

2017

390.200

472.200

330.000

2018

335.500

402.700

262.700

2019

330.000

369.300

223.500

2020

479.100

416.900

285.700

De Wet werk en zekerheid (Wwz) beoogt om het voor WW’ers aantrekkelijker te maken om een baan te accepteren met een lager loon dan het loon dat zij voor aanvang van de werkloosheid verdienden. Het verschil wordt dan aangevuld vanuit de WW. Eind 2020 waren er 62.800 mensen aan het werk met een aanvulling vanuit de WW.

Ontwikkeling WIA

De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) bestaat uit twee regelingen: de regeling Inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA). Een IVA‑uitkering is voor mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn en daardoor niet meer kunnen werken. Een klant krijgt een WGA‑uitkering als hij nog gedeeltelijk kan werken of als hij tijdelijk niet kan werken, maar dat binnen afzienbare termijn wel weer zal kunnen.

Tabel Volumeontwikkeling WIA

 

Instroom

Uitstroom

Lopend

2006

21.000

2.000

*19.100

2007

22.300

3.000

38.400

2008

24.900

4.100

59.400

2009

29.300

6.000

82.800

2010

35.600

8.500

110.100

2011

37.900

9.800

138.400

2012

33.900

10.800

161.700

2013

37.100

12.700

186.500

2014

36.900

14.100

209.600

2015

35.800

16.100

229.600

2016

40.000

16.600

253.300

2017

41.700

18.400

277.000

2018

43.400

18.800

302.500

2019

45.800

19.900

328.000

2020

49.700

26.600

349.500

  • * Omdat er eind 2005 al sprake was van een klein aantal WIA‑uitkeringen, correspondeert het lopende bestand eind 2006 niet met de instroom en uitstroom dat jaar.

Het aantal lopende WIA‑uitkeringen is in 2020 ten opzichte van eind 2019 verder gestegen met 21.500 (12.100 WGA‑uitkeringen en 9.400 IVA‑uitkeringen) tot in totaal 349.500. Dat is een stijging met 7%. Dat het aantal WIA‑uitkeringen nog steeds stijgt, is volgens verwachting. De WIA is als wet nog steeds in opbouw. Andersom neemt het aantal lopende uitkeringen voor de WAO, de voorloper van de WIA, in vrijwel hetzelfde tempo af.

In 2020 hebben we ruim 49.700 nieuwe WIA‑uitkeringen verstrekt: bijna 38.200 WGA‑uitkeringen en bijna 11.600 IVA‑uitkeringen. Dat zijn er 9% meer dan in 2019. De instroom is veel hoger dan de uitstroom. Deze toename wordt voor de helft veroorzaakt doordat er meer voorschotten voor WGA‑uitkeringen zijn toegekend, omdat de sociaal‑medische beoordeling vanwege de coronacrisis niet binnen de geldende termijn kon worden afgerond. Deze voorschotten worden meegeteld als nieuwe uitkeringen. Bij de definitieve beoordeling wordt naar verwachting circa 30% van de aanvragen alsnog afgewezen, de WGA‑uitkering telt dan weer mee als beëindigd. We zien de laatste jaren dat de instroom van 60‑plussers toeneemt. Deze ontwikkeling zal de komende jaren doorzetten. Dit is het gevolg van de verhoging van de pensioenleeftijd.

Er stromen nog relatief weinig mensen uit de WIA (26.600). Doordat de WIA naar verhouding nog niet zo lang bestaat, bereiken relatief weinig mensen in de WIA nu al de pensioengerechtigde leeftijd. De komende twee decennia zal de uitstroom gestaag toenemen. Pas na 2040 zal het aantal lopende uitkeringen vermoedelijk stabiliseren.

Ontwikkeling WAO

De Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) is de voorloper van de WIA.

Tabel Volumeontwikkeling WAO

 

Instroom

Uitstroom

Lopend

2003

66.300

83.200

785.600

2004

59.200

78.900

765.800

2005

19.900

82.300

703.100

2006

11.000

75.000

639.000

2007

11.700

54.700

596.000

2008

8.200

46.100

558.100

2009

5.600

42.000

521.700

2010

4.300

39.700

486.300

2011

3.100

45.500

443.900

2012

2.200

39.900

406.200

2013

1.000

34.500

373.100

2014

1.000

31.200

343.000

2015

900

28.800

315.100

2016

700

22.800

293.000

2017

700

21.000

272.500

2018

700

20.100

253.600

2019

600

17.600

236.500

2020

500

22.500

214.600

Het totaalaantal WAO‑uitkeringen is in 2020 gedaald tot 214.600. Dat is een daling met 9%. De meeste mensen met een WAO‑uitkering zijn 45 jaar of ouder. De totale uitstroom was met 22.500 veel hoger dan in 2019 (17.600). Er zijn in 2020 meer WAO‑uitkeringen beëindigd dan in 2019. In 2019 waren er als gevolg van de verhoging van de AOW‑leeftijd met vier maanden minder beëindigingen wegens pensionering. In 2020 is de pensioenleeftijd niet verhoogd, met als direct gevolg meer beëindigingen wegens pensionering (18.900 tegenover 14.100).

De instroom in de WAO bestaat alleen nog uit klanten van wie het recht op een uitkering al van vóór 2006 dateert, dat wil zeggen vóór de invoering van de WIA. We hebben bijna 550 WAO‑uitkeringen toegekend in 2020.

Ontwikkeling Wajong

De Wajong is er voor mensen die al vóór hun 17e jaar arbeidsongeschikt waren, of dat tijdens de opleiding/studie werden. Het aantal klanten met een Wajong‑uitkering is jarenlang toegenomen, maar daalt sinds 2015 licht. Tot en met 2009 gold de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (de oude Wajong of oWajong). Op 1 januari 2010 werd de nieuwe Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (de nieuwe Wajong, nWajong of Wajong 2010) van kracht. Bij deze wet lag de nadruk op het arbeidsvermogen van Wajongers. Sinds 1 januari 2015 geldt de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong 2015). Deze wet is alleen nog toegankelijk voor jonggehandicapten die volledig en duurzaam geen arbeidsvermogen hebben. Hiermee wordt bedoeld dat zij door hun ziekte of handicap niet over arbeidsvermogen beschikken en dit ook nooit kunnen ontwikkelen. Hierdoor is het aantal nieuwe Wajong‑uitkeringen sinds 2015 veel lager dan daarvoor.

Tabel Volumeontwikkeling Wajong

 

Instroom

Uitstroom

Lopend

2003

8.200

4.400

138.500

2004

9.400

4.900

142.600

2005

10.400

5.600

147.200

2006

13.600

4.900

155.900

2007

15.300

4.400

166.800

2008

16.100

4.300

178.600

2009

17.600

4.300

192.000

2010

17.800

4.600

205.100

2011

16.300

5.200

216.200

2012

15.300

5.100

226.500

2013

17.700

5.500

238.700

2014

17.400

5.700

250.600

2015

4.500

6.400

248.800

2016

4.200

6.100

247.100

2017

4.700

6.100

245.800

2018

5.200

6.500

245.100

2019

5.800

6.800

244.200

2020

6.400

7.500

243.100

In 2020 is het totaalaantal nieuwe Wajong‑uitkeringen 10% hoger dan in 2019. Het aantal lopende Wajong 2015‑uitkeringen is in 2020 ten opzichte van eind 2019 met 3.900 gestegen. Daartegenover staat een iets grotere daling van bijna 5.000 van het aantal uitkeringen op grond van de oude Wajong en de Wajong 2010. Hierdoor blijft het totale aantal Wajong‑uitkeringen licht dalen.

In 2020 kenden we 4.100 nieuwe uitkeringen voor de Wajong 2015 toe en beëindigden we er 205. Eind 2020 waren er ruim 16.300 lopende Wajong 2015‑uitkeringen.

Het aantal mensen met een oWajong‑uitkering is gedaald tot 163.900 per eind 2020. Er werden in 2020 900 oWajong‑uitkeringen toegekend en 5.200 oWajong‑uitkeringen beëindigd.

De instroom in de Wajong 2010 bedroeg in 2020 1.300. Eind 2020 waren er 62.900 mensen met een uitkering op grond van de Wajong 2010. Van 2.100 mensen met een Wajong 2010‑uitkering werd de uitkering beëindigd.

Ontwikkeling WAZ

De Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) geeft recht op een uitkering op minimumniveau als een zelfstandige langdurig arbeidsongeschikt is.

Tabel Volumeontwikkeling WAZ

 

Instroom

Uitstroom

Lopend

2003

6.900

7.200

55.900

2004

6.200

6.600

55.500

2005

4.700

6.900

53.400

2006

1.200

7.300

47.300

2007

1.200

5.500

43.000

2008

600

4.900

38.700

2009

300

4.700

34.300

2010

200

4.000

30.400

2011

200

4.600

26.000

2012

200

3.700

22.500

2013

100

3.100

19.600

2014

100

2.500

17.200

2015

100

2.100

15.100

2016

100

1.600

13.500

2017

100

1.500

12.000

2018

26

1.300

10.800

2019

49

1.100

9.700

2020

39

1.300

8.400

Het aantal mensen met een WAZ‑uitkering is in 2020 met 1.300 verder gedaald tot 8.400. Dit komt doordat per 1 augustus 2005 de toegang tot de WAZ is gesloten; er komen vrijwel geen nieuwe klanten meer bij.

De instroom die nog plaatsvindt, is een gevolg van overloop uit andere wetten en herleving van oude rechten. In 2020 werden 39 nieuwe WAZ‑uitkeringen toegekend. Het overgrote deel van alle klanten met een WAZ‑uitkering is 55 jaar of ouder.

Ontwikkeling toekenningen Ziektewet

Het vangnet van de Ziektewet is onder meer bedoeld voor zieke werklozen en zieke uitzendkrachten. Zij hebben geen werkgever die voor hun verzuimbegeleiding en re‑integratie verantwoordelijk is. UWV begeleidt deze mensen op sociaal‑medisch gebied, zoals de werkgever en de arbodienst dat doen voor de werknemers van reguliere werkgevers.

Tabel Volumeontwikkeling Ziektewet

 

Uitzendkrachten

Werklozen

Zwangere vrouwen

Overigen

Totaal

2007

183.900

32.800

65.500

58.500

340.700

2008

170.100

20.600

68.900

67.600

327.200

2009

122.300

22.000

70.100

78.800

293.200

2010

96.300

28.600

77.500

78.800

281.200

2011

87.400

28.400

77.000

80.600

273.400

2012

72.800

29.800

77.000

80.800

260.400

2013

23.100

32.300

73.600

81.600

210.600

2014

17.000

39.200

72.800

73.500

202.500

2015

18.600

39.400

69.500

76.700

204.200

2016*

24.100

41.500

75.800

94.600

236.000

2017

26.200

38.800

75.600

111.100

251.700

2018

34.600

34.600

76.600

136.800

282.600

2019

42.900

31.600

79.100

144.400

298.000

2020

77.900

33.400

77.300

133.200

321.800

  • * *Als gevolg van een verbeterde rekenmethode zijn deze cijfers bijgesteld.

In 2020 zijn 9% meer Ziektewet‑uitkeringen toegekend dan in 2019: 321.800 tegenover 298.000. Dit komt onder meer doordat een aantal grote eigenrisicodragende uitzendbureaus onder invloed van de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) per 1 januari 2020 is teruggekeerd naar het publieke stelsel. Het aantal toegekende Ziektewet‑meldingen van uitzendkrachten steeg met 84%. Het aantal uitkeringen aan werknemers die ziek zijn aan het einde van hun (tijdelijke) contract en/of dienstverband (eindedienstverbanders) nam met 19% af.

De meeste Ziektewet‑uitkeringen werden toegekend aan alle flexwerkers tezamen (34,7%), aan mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering die werken en in aanmerking komen voor de zogenoemde no‑riskpolis (28,6%) en aan zwangere vrouwen die voor of tijdens hun zwangerschapsverlof ziek werden (24,1%). Verder ging het om zieke WW’ers (10,4%), vrijwillig verzekerden (2,0%) en zieken die in overige categorieën vallen (0,2%).

Uitstroom uit de Ziektewet

In 2020 werden 9% meer Ziektewet‑uitkeringen beëindigd dan in 2019: 365.000 tegenover 335.100. De tabel toont het aandeel van de verschillende vangnetcategorieën binnen de uitstroom uit de Ziektewet.

Tabel Uitstroom uit Ziektewet naar vangnetcategorieën

 

2020

2019

Zwangerschap

71.400

76.000

Uitzendkrachten

106.200

53.400

Flex overig (stagiairs, oproepkrachten, overige bijzondere dienstverbanden)

8.300

19.300

Ontslag (einde dienstverband)

28.300

37.600

Zieke werklozen

53.100

57.400

No-riskpolis

90.800

85.700

Vrijwillig verzekerden

6.400

5.200

Overig

500

500

   

Totaal

365.000

335.100

Ontwikkeling Wazo

De Wet arbeid en zorg (Wazo) regelt dat vrouwen een uitkering van minimaal 16 weken krijgen tijdens en na hun zwangerschap. Verder regelt de Wazo onder andere verlof en uitkering bij adoptie en pleegzorg. Het aantal mensen met een Wazo‑uitkering was eind 2020 met 48.100 10% hoger dan eind 2019 (43.600). Deze aantallen zijn inclusief de uitkeringen wegens zwangerschapsverlof voor vrouwen die als zelfstandige werken, volgens de Zelfstandig en Zwanger‑regeling (ZEZ) en uitkeringen op grond van de WIEG.

Tabel Volumeontwikkeling Wazo

 

Toekenningen

Beëindigingen

Lopend

2004

137.500

125.900

42.700

2005

119.100

115.300

39.800

2006

146.000

139.000

41.000

2007

129.000

134.000

42.000

2008

137.000

136.000

43.000

2009

139.900

138.400

43.100

2010

138.400

139.500

42.700

2011

137.400

144.200

42.700

2012

135.100

141.000

41.900

2013

134.000

133.000

40.000

2014*

140.000

143.000

44.000

2015*

138.200

139.600

42.400

2016*

140.700

141.200

43.000

2017*

140.700

135.000

42.300

2018*

142.600

140.500

43.200

2019*

161.600

142.200

43.600

2020* en **

172.400

167.000

48.100

  • * Met ingang van 2014 worden ook de ZEZ‑uitkeringen meegerekend.
  • ** Sinds 1 juli 2020 tellen ook uitkeringen op grond van de WIEG mee.

In 2020 hebben we 172.400 nieuwe Wazo‑uitkeringen toegekend. Dit aantal is veel hoger (7%) dan in 2019, ondanks dat er toen circa 17.600 eenmalige uitkeringen zijn verstrekt in verband met de Compensatieregeling ZEZ. Zelfstandigen die tussen 7 mei 2005 en 7 juni 2008 zijn bevallen, konden een compensatie aanvragen bij UWV omdat zij in de genoemde periode niet in aanmerking kwamen voor een zwangerschaps- en bevallingsuitkering.

We kenden 134.000 uitkeringen toe in verband met zwangerschaps- en bevallingsverlof van werkneemsters, iets meer dan in 2019 (131.500). Er zijn 700 uitkeringen wegens pleegzorg- of adoptieverlof toegekend, minder dan de bijna 900 in 2019. Op basis van de ZEZ zijn er 12.300 uitkeringen toegekend wegens zwangerschaps- en bevallingsverlof voor vrouwen die als zelfstandige werken. Dat zijn er iets meer dan de ‘normale’ uitkeringen die aan deze groep werden verstrekt in 2019 (11.600). Daarnaast kenden we 25.400 uitkeringen toe op basis van de Wet invoering extra geboorteverlof (WIEG).