Deze paragraaf van de publieke bijlagen bevat aanvullende informatie bij hoofdstuk Financiën en bedrijfsvoering, paragraaf Rechtmatigheid in het viermaandenverslag.
Al onze handelingen moeten rechtmatig zijn, in overeenstemming met de geldende regels en besluiten. Dat geldt zowel voor de uitkeringsverstrekking als voor de uitvoeringskosten.
Rechtmatigheid uitkeringslasten
Om de rechtmatigheid van de uitkeringsverstrekking te toetsen, worden afwijkingen gekwantificeerd en afzonderlijk gewogen en weergegeven. We maken daarbij onderscheid tussen financiële fouten en onzekerheden, waarover afzonderlijk verantwoording moet worden afgelegd indien deze in het verslagjaar 2021 (1 oktober 2020 tot 1 oktober 2021) zijn geconstateerd. Bij een financiële fout kunnen we vaststellen wat de fout is en wat het financiële gevolg is. Bij een onzekerheid hebben we onvoldoende informatie om vast te stellen of iets goed of fout is.
In het viermaandenverslag meten we het percentage financiële fouten in de uitkeringslasten over de eerste twee kwartalen van verslagjaar 2021. Dit percentage bedraagt 0,6. Het percentage onzekerheden bedraagt 0,3. Dit zijn de gewogen UWV‑percentages over alle wetten. De NOW maakt geen deel uit van de rechtmatigheidspercentages van de uitkeringslasten. Hierover rapporteren we in het jaarverslag 2021.
Op dit moment hebben nog niet alle opgemerkte afwijkingen een definitieve status omdat ze nog in behandeling zijn. De cijfers zijn daarom voorlopig en indicatief en geven de stand weer nadat de helft van de steekproef voor het verslagjaar 2021 is gecontroleerd.
Tabel Financiële rechtmatigheid eerste twee kwartalen verslagjaar 2021
In procenten | Financiële fouten | Onzekerheden | ||
Verslagjaar eerste twee kwartalen 2021 | Verslagjaar 2020 | Verslagjaar eerste twee kwartalen 2021 | Verslagjaar 2020 | |
Wajong | 0,0 | 0,1 | 0,1 | 0,3 |
WAO | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
WAZ | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Wazo | 0,2 | 0,7 | 0,0 | 0,0 |
WIA | 0,0 | 0,1 | 0,1 | 0,0 |
WW | 2,2 | 1,8 | 1,3 | 1,8 |
Ziektewet | 1,4 | 2,7 | 0,0 | 0,3 |
Toeslagenwet | 0,4 | 2,7 | 0,0 | 1,1 |
IOW | 0,0 | 0,4 | 0,0 | 0,0 |
Kaderwet SZW-subsidies | 3,6 | 5,7 | 16,6 | 4,2 |
Compensatieregeling transitievergoeding | 0,7 | 5,7 | 0,0 | 0,0 |
Gewogen totaal | 0,6 | 0,8 | 0,3 | 0,5 |
Toelichting
-
Het UWV-brede foutpercentage is lager dan in het verslagjaar 2020.
-
Alle foutpercentages zijn lager dan in 2020, behalve dat van de WW. Bij de WW zijn vooral fouten geconstateerd in beoordelingen van de wekeneis en fouten bij de inkomstenverrekening. De uitkeringsmassa WW maakt circa 20% uit van de totale UWV‑uitkeringsmassa. Het foutpercentage WW heeft daardoor een relatief grote impact op het totale UWV‑cijfer.
-
Er zijn geen financiële fouten geconstateerd bij de Wajong, de WAO, de WAZ, de WIA en de IOW.
-
Onder de Kaderwet SZW‑subsidies (KWS) wordt de Regeling tijdelijk scholingsbudget UWV verantwoord. De onzekerheid voor deze wet is hoger dan in het verslagjaar 2020. In 2020 bestond de KWS‑massa voor 70% uit de Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Flexibele Arbeidskrachten (TOFA), waarin geen financiële fouten en onzekerheden werden aangetroffen. Hierdoor had het aandeel van een fout of onzekerheid in de Regeling tijdelijk scholingsbudget een lagere impact. Met het wegvallen van de TOFA is er geen dempend effect meer op de impact van de financiële fouten en onzekerheden in de Regeling tijdelijk scholingsbudget.
-
De UWV-brede onzekerheid bedraagt momenteel 0,3%. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door onzekere posten bij de WW. Vanwege de geringe omvang van de massa hebben de onzekere posten bij de Kaderwet SZW‑subsidies geen materieel effect (0,02 procentpunt) op het UWV‑brede percentage.
Rechtmatigheid uitvoeringskosten
UWV werkt met publieke middelen. We vinden het uitermate belangrijk dat die middelen rechtmatig worden besteed. UWV hanteert de regels van de Aanbestedingswet 2012. We werken er voortdurend aan om de bestaande onrechtmatigheid op te heffen. We onderzoeken per situatie de oorzaken ervan, zodat wij adequate maatregelen kunnen treffen. We hanteren drie vormen van toetsing:
-
We toetsen de rechtmatigheid van contracten die met expliciete toestemming van de raad van bestuur zonder aanbesteding zijn verlengd of afgesloten. De raad van bestuur verleent alleen een akkoord als afwijking van de wettelijke regels noodzakelijk is voor een ongestoorde dienstverlening aan de klant. Soms levert een te strikte keuze voor rechtmatigheid forse risico’s op, in financieel opzicht en/of voor de continuïteit van onze dienstverlening aan de klant. Dan besluit UWV om geen nieuwe aanbesteding te starten, of om daar langer de tijd voor te nemen om zo een zorgvuldige overgang naar een nieuwe leverancier te borgen. Conform de wettelijke regels betrekken we bij de berekening van onrechtmatigheid de totale kosten over de gehele periode van onrechtmatigheid en verantwoorden we deze in het jaar van de onrechtmatige handeling. In de eerste drie maanden van 2021 is, om de bedrijfscontinuïteit te garanderen, een contract ter waarde van € 0,3 miljoen met instemming van de raad van bestuur onrechtmatig verlengd (eerste drie maanden 2020: € 0,5 miljoen).
-
We toetsen de rechtmatigheid van uitgaven. Daarvoor beoordelen we of orders en facturen gekoppeld zijn aan contracten. Bij orders en facturen waar geen contract aan ten grondslag ligt, toetsen we of er een (aanbesteed) contract had moeten zijn. Met ingang van 2021 hebben we de wijze van toetsen aangepast. Facturen worden sindsdien per opdracht getoetst aan de aanbestedingsgrens (€ 214.000 exclusief btw) en niet meer per leverancier bij elkaar opgeteld en dán getoetst aan de aanbestedingsgrens. Door deze aanpassing, die binnen de aanbestedingswetgeving past, is de onrechtmatigheid voor de uitgaven gedaald van € 3,6 miljoen in de eerste drie maanden van 2020 naar € 0,5 miljoen in de eerste drie maanden van 2021.
-
We beoordelen contracten voor externe inleen. Door het inrichten van een dynamisch aankoopsysteem (DAS) voor verzekeringsartsen en een flexcontract voor arbeidsdeskundigen dat beter aansluit op de markt, is de onrechtmatige inhuur van artsen en arbeidsdeskundigen sinds 2019 aan het dalen. In 2021 zijn alle artsen en arbeidsdeskundigen rechtmatig ingehuurd. In de eerste drie maanden van 2021 bedroeg de resterende onrechtmatige externe inhuur € 5,3 miljoen. In dezelfde periode in 2020 was dat nog € 11,6 miljoen. Een tweede factor die deze daling heeft beïnvloed is de aangepaste wijze van toetsen van de contractwaarde aan de aanbestedingswetgeving. In 2021 zijn alle contracten afzonderlijk aan de aanbestedingsgrens getoetst. De totale onrechtmatigheid binnen de uitvoeringskosten komt hiermee voor de eerste drie maanden van 2021 uit op € 6,0 miljoen. In dezelfde periode van 2020 was dat nog € 15,7 miljoen.